Binckhorstgesprek met Humphrey, 6 augustus 2019, Maanplein

Na 25 jaar in Limburg te hebben gewoond, is Humphrey in de Binckhorst beland. Het bedrijf waarvoor hij werkt, besloot om vanuit het zuiden naar Den Haag te verhuizen en 200 medewerkers verhuisden mee. Humphrey vertrok met pijn in zijn hart en kwam bij toeval in de Binckhorst uit. Nu huurt hij, net als een paar van zijn collega’s, alweer ruim een jaar een appartement op het Maanplein. ‘Het leek me wel leuk, zo’n gebied dat net omgevormd wordt tot woongebied, met een eigen karakter. En ik heb het getroffen, het is prettig hier. En tussen de gebouwen door kan je de skyline van Den Haag zien, dat vind ik supermooi.’

Humphrey was een van de eerste bewoners van het Maancomplex. Het is er rustig wonen en wat hem betreft mag dat zo blijven. ‘Het complex hoeft voor mij niet volgebouwd te worden met voorzieningen. Op de begane grond van het complex is ruimte voor bedrijfjes. Er zit nu bijvoorbeeld een yogastudio. Er staan nog wat hoekjes leeg. Ik zou het leuk vinden als er nog wat kleinschalige bedrijfjes zouden komen, zoals Kompaan en Capriole, en ook andere bedrijfjes. Dat past hier. Ik zit niet te wachten op een winkelcentrum of op scholen hier, doe dat maar lekker buiten de Binckhorst.’ Het openbaar vervoer kan nog wel beter. ‘M’n broertje was hier laatst op bezoek, die houdt niet zo van wandelen, en toen moesten we ’s avonds vanuit het centrum hier naartoe lopen omdat er niks meer reed, geen bus, geen trein. Ik vond het niet zo erg maar hij liep behoorlijk te klagen over het openbaar vervoer. Maar ik neem aan dat dat allemaal wel komt.’

Als het aan Humphrey ligt dan mag er meer live muziek komen in de Binckhorst, en cultuur in bredere zin. Hij kan de Street Art die door de hele Binckhorst te vinden is bijzonder waarderen. En de live muziek bij Kompaan op donderdag is leuk, maar niet genoeg. ‘Mijn smaak zit aan de alternatieve kant, underground. Ik hou ook van optredens die op onverwachte plekken georganiseerd worden, zoals bijvoorbeeld de organisatie So Far dat wereldwijd doet. In Limburg had je wel dat er een optreden in een grot was of in een kerk, dat soort dingen. Dat zou hier in de Binckhorst ook wel mogen komen. Meer muziek en cultuur in bredere zin.’

Een park zou voor Humphrey ook zeker een toegevoegde waarde zijn. Als je het aan de projectontwikkelaars overlaat, dan zou het hele gebied volgebouwd worden. Dat brengt Humphrey op een wens voor de toekomst van de Binckhorst: hij zou niet willen dat het gebied alleen maar een woonwijk wordt. Hij vreest er wel een beetje voor dat er veel nieuwe bewoners komen die gaan klagen over de bedrijvigheid van de gevestigde bedrijven, met als resultaat dat die bedrijven vertrekken. Er zijn bijvoorbeeld buren die klagen over de HTM. Terwijl je weet waar je gaat wonen, het is nou eenmaal geen doorsnee woonwijk. Dan zou ik er ook helemaal niet willen wonen. Juist de combinatie met de bedrijven maakt het gebied aantrekkelijk.’

Interview: Sabrina Lindemann en Susanne van der Kleij
Fotografie en redactie interview: Susanne van der Kleij